Zeven jaar na de spraakmakende ontboezemingen in Het seksuele leven van Catherine M. (2001) publiceerde Millet het pas vertaalde Jaloezie. Hierin geeft de zelfverklaarde ster van de vrije liefde toe dat ze lijdt aan de in de Nederlandse vertaling tot titel gebombardeerde kwelling.
- Na de ontdekking dat ze zelf meermaals het slachtoffer van ontrouw is geweest en nog steeds is, onderwerpt Millet de bewijstukken (foto’s en brieven) aan een hermeneutische ontleding. Ze probeert van haar partner zoveel mogelijk details los te peuteren. “Hoe minder ik erin slaagde het geheugen van Jacques open te breken, hoe meer mijn verbeelding overuren draaide en bij vlagen machteloos was.”
- De hersenschimmen die ze zoekend in de broekzakken van haar geliefde aantreft, duiken even later onweerstaanbaar op in haar masturbatievisioenen. Zo verschaft de jaloezie haar niet alleen pijn, maar ook genot. De gerespecteerde kunstcritica ontleedt deze “ondraaglijke en heerlijke foltering” tot in de kleinste details in een zowel cerebraal als lichamelijk verslag. Uiteindelijk beleeft ze niet meer het seksuele leven van Catherine M., maar dat van Jacques, weliswaar zoals haar op hol geslagen verbeelding zich dat angstvallig voorstelt.
- Gaandeweg probeert ze zich te ontdoen van “deze poel van bloedzuigers” om weer samen te zijn met “de man met het zuivere geweten in de zorgeloze wereld die hij bewoonde.” Dat is een lang proces. Zij wier lusten haar regelmatig ver van Jacques hadden afgeleid, wordt na verloop van tijd bij vlagen werkelijk waanzinnig van afgunst en nijd, en gaat in analyse om overeind te blijven. Net in die periode schrijft ze nochtans haar pornografische bestseller waarin ze ongebreideld de vrije liefde bezingt. Het is die genadeloos ontrafelde persoonlijke tragiek die van dit boek een krachtiger egodocument maakt dan het vorige, dat weliswaar een ingenieuze maar vooral zielloze radiografie van een seksleven was.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten