Onder redactie van het vertalerstrio Marjan Hof (Martin de Haan, Jan Pieter van der Sterre en Rokus Hofstede) werden sinds 2003 achttien Franse literaire kleinoden vertaald in de reeks “Perlouses” van uitgeverij Voetnoot. Met die naam wordt natuurlijk “pareltjes” bedoeld, maar zouden de heren niet stiekem gegrinnikt hebben omdat “perlouses” in het Frans vaak gebruikt wordt in een verbloemende betekenis. “J’ai lâché une perlouse” betekent zoveel als “ik heb een wind gelaten”. Fransen zijn meesters in het verhullen van een minder fraaie werkelijkheid. De vertalers van de Perlouses-reeks zijn meesters in het omzetten van korte Franse teksten in prachtig Nederlands. Zopas werd de lovenswaardige reeks aangevuld met een novelle van Stendhal. Samen met de eerder gepubliceerde Wenken voor jonge letterkundigen van Baudelaire, het zonder meer prachtige Sarrasine van Balzac en het aangekondigde Mateo Falcone van Prosper Mérimée biedt “Perlouses” een bekoorlijke insteek in de onvolprezen Franse negentiende eeuw.
- De Cenci’s van gedreven italofiel Stendhal (1783-1842) is de eerste novelle uit zijn postuum gepubliceerde Chroniques Italiennes en herneemt het bekende verhaal van Francesco Cenci. Deze zestiende-eeuwse geslepen edelman is niet meteen een toonbeeld van goed gedrag. Vooral zijn familie is het slachtoffer van zijn verdorven imborst. Hij verkracht op slinkse wijze zijn beeldschone dochter Beatrice terwijl haar moeder toekijkt. Uiteindelijk beraamt de familie een complot en vermoordt de wreedaardige vader.
- Stendhal hanteert geen hoogdravende taal à la Chateaubriand, aan wie hij een hekel had, maar schrijft in een sobere, eenvoudige stijl, zonder gezwollen metaforen of retorisch geladen taalgebruik. Ook nu vertelt hij dit gruwelijk sprookje in zijn beproefde kroniekstijl. Het komt de geladenheid van het intrigerende verhaal alleen maar ten goede. Hopelijk vinden gecharmeerde lezers na hun lectuur ook de moed om Stendhals vuistdikke meesterwerken ter hand te nemen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten