zondag 30 december 2012

Nieuwjaarsbrief Behoud de begeerte: de klas van 2012

Behoud de begeerte vraagt elke jaar aan een dozijn schrijvers om "aanbevelingen voor een nog beter leven te schrijven", een soort van alternatieve nieuwjaarsbrief. Hieronder kunt u de mijne lezen, maar weldra volgt veel meer op de site van de gekende literaire organisatie.

Op de foto zie u naast ondergetekende ook nog (niet in de juiste volgorde, klikken voor grotere weergave) : Stefan Brijs, Charles Ducal, Delphine Lecompte, Joke van Leeuwen, Bart Meuleman, Els Moors, Koen Peeters, Marnix Peeters, Pjeroo Roobjee, Roderik Six, Peter Terrin, Joost Vandecasteele, Maud Vanhauwaert en Rebekka de Wit.

Raadgevingen voor een nog beter leven

Raadgevingen? Tips? Wie geeft ze? Maar vooral: welke moeten we volgen? Welke lijn moeten we tot de onze maken?

Kijk, om te beginnen moet u uw kamp kiezen. Er zijn er twee: de optimisten en de pessimisten. In de familie van de eersten zult u de katholieken treffen, zij die geloven dat God gelijk heeft wanneer die stelt dat het beste nog moet komen. Maar u zult er ook de Verhofstadts en de Balzacs van deze wereld tegen het lijf lopen, de voluntaristen, de aanhangers van de ‘waar-een-wil-is-is-een-weg’-doctrine. En achter hen gaan de naïevelingen à la Scarlett O’Hara alias Vivien Leigh schuil die desnoods met een rugzak vol tragedies en de ogen vol tranen het onmogelijke doen, namelijk: overtuigd stamelen dat ‘After all, tomorrow is an other day’. Woorden die zo wegvliegen in de wind.

Niets voor u? Pessimist tot in de kist? Een hoge dunk van de punk? No future? Of subtieler? Amorf met de twist van een oblomovist? Blijft u in uw eigen roman ook altijd tot op bladzijde 283 in bed liggen terwijl u verveeld Joe Dassin prevelt? ‘Ça va pas changer le monde, il a trop tourné sans nous, il pleuvra toujours sur Londres, ça va rien changer du tout.’ Of lekker hip, cynisch en postmodern, het is te zeggen met de list van de fatalist? Ja, bakt u zoete broodjes met de geestelijke gist van de calvinist? ‘Alles wat ons hierbeneden aan goede en kwade dingen overkomt staat daarboven geschreven’. U hoeft voorwaar niet Jacques of Diderot te heten om tot die club te behoren.

Ja, maar zal u zeggen, u intelligente lezer: mijnheer de woordengoochelaar, monsieur l’intellectuel, in feite is dat wel al te makkelijk, een hoop erudiet verpakte simplismen op een hoopje gooien terwijl wij juist verzot zijn op finesse en diepgang.

Oké, vooruit met de geit dan. Laten we de google-attitude tot de onze maken. Voortschrijdende technologie als middel tot voortschrijdend inzicht. Waar brengt Google ons met ‘Raadgevingen voor een nog beter leven’ naartoe? Wel lukraak uit de top tien: Prostaatkankerstichting.nl, 19 tips om je relatie nog intenser te maken, leren zingen in 11 stappen, maar vooral - eat this – ‘laaggeleerden genieten meer van hun werk’. Neen, zie ik u, hooggeleerde lezer, weer uw hoofd schudden, dit is het ook niet. U hebt die diploma’s nu eenmaal en raakt die helaas nooit meer kwijt.

Wel, als het zo zit, neem ik u toch weer mee naar de wondere wereld van de letteren. In Hard-Boiled Wonderland en het einde van de wereld (1985) serveert eeuwige Nobelprijskandidaat Haruki Murakami de lezer een bijzondere ontknoping. De hoofdpersonages weten dat ze nog maar vierentwintig uur te leven hebben. Ze bezinnen zich over hoe ze die tijd zullen invullen. De mannelijke held maakt een afspraak met de knappe bibliothecaresse die hij pas heeft ontmoet. Hapje eten en vervolgens samen knus de eeuwigheid tegemoet reizen. Het is echter vooral de keuze van de vrouwelijke protagoniste die opzien baart. Zij trekt zich in alle eenzaamheid terug en... leest een roman van Honoré de Balzac.

Kijk, mocht ik ooit in dezelfde situatie terechtkomen dan is het mijn heiligste voornemen om de activiteiten van die twee Japanse personages te combineren. Maar… wacht eens even, dat is het! Laten we die doemenswaardige laatste dag niet afwachten en vanaf nu alle activiteiten van Murakami’s helden met Franse zwier combineren: reizen en kijken, eten en lezen, vrijen en dromen.


donderdag 27 december 2012

Hoes van de week: France Gall

Grand Prix de l'Eurovision 1965, maar nog steeds niet kapot te krijgen.



Meer hoezen vind je in Chanson illustrée.


maandag 24 december 2012

"Song of Paris" (Maurice Chevalier, 1932)


Hieronder zie je de openingsscène van de musical Love me tonight van Rouben Mamoulian. In feite is het een evocatie van Parijs bij het ochtendgloren, Il est cinq heures, Paris s'éveille, zou je kunnen zeggen. Alleen geen Jacques Dutronc in deze prent, wel een hoofdrol voor de toen minstens even legendarische Maurice Chevalier, Momo voor de fans.



woensdag 19 december 2012

Het Vrije Woord: interview over de trilogie en "chanson"

Frank Stappaerts interviewde me voor Het Vrije Woord over de drie boeken van de Frankrijktrilogie en over Chanson. Een gezongen geschiedenis van Frankrijk. Het interview kunt u hier beluisteren, het zit meteen in het begin van de uitzending van Het Vrije Woord. Op korte tijd wandelen we door tien jaar van mijn leven.



zondag 16 december 2012

"L'homme qui ne connaissait rien à la mécanique"

Een tijdje terug serveerde ik u al La dissimulation van Didier Philippe, nu kunt u naar L'homme qui ne connaissait rien à la mécanique van hem kijken.



donderdag 13 december 2012

Hoes van de week: Francis Cabrel

Neen, het is niet Francisca Brel, maar Francis Cabrel.

Hieronder het lied waarmee alles is begonnen. Lang geleden, maar met een kracht die zijn weerga niet kent. Het oer-moment. Pats boem krak. Chanson. Een gezongen geschiedenis van Frankrijk is uit dit ei gekropen. Hieronder de live-versie, helemaal zoals ik die ooit hoorde in het Koninklijk Circus in Brussel.


Meer hoezen vindt u in Chanson illustrée.




dinsdag 4 december 2012

Hoes van de week: Jean-Jacques Goldman

Met eronder een van mijn oude favorieten. Ooit live gezien in Vorst Nationaal. En wel exact de versie hieronder. Zijn laatste toernee, ondertussen tien jaar geleden. We wachten nog steeds op een nieuw teken van leven. Tevergeefs. "Notre au revoir / Puisque tu pars". Et oui...



Meer hoezen vindt u in Chanson illustrée.


zaterdag 1 december 2012

Studente maakt bachelorpaper over de Frankrijktrilogie

Paulien Henkens schreef een bachelorscriptie over de Frankrijktrilogie. Lees hieronder de korte inhoud, of klik u  naar de volledige tekst.

Bij wijze van aanloop: waarom?
"In het derde jaar van de bacheloropleiding taal- en letterkunde stond er naast een aantal verplichte- en keuzevakken ook een bachelorproef op het programma. Aangezien ik toen al had besloten mijn bachelor aan te vullen met een master journalistiek, sprak het onderwerp literaire journalistiek, dat in de lange lijst met mogelijke onderworpen was opgenomen, me meteen aan. Mijn opdracht bestond er voornamelijk in uit te zoeken hoe de populaire cultuur aan bod komt in de hedendaagse literatuurproductie, in mijn geval dus in Bart Van Loos Frankrijktrilogie. Het was me meteen duidelijk dat dat boek geen alledaagse roman, maar evenmin een prototypisch non-fictie werk is. Het houdt het midden tussen verhaal en documentatie en dat vond ik net zo interessant. Ik volgde ook het keuzevak actuele literatuur bij Ben De Bruyn en kreeg daarvoor een soortgelijke opdracht. Opnieuw moest ik op zoek gaan naar sporen van de populaire cultuur in een actueel boek. Het van Bart Van Loo persoonlijk gekregen exemplaar van Chanson leende zich daar uitstekend toe. Daarin is de populaire cultuur immers nog uitgesprokener aanwezig dan in de Frankrijktrilogie."

Samenvatting van de bachelorscriptie
"Hoe wordt de populaire cultuur weergegeven in De Frankrijktrilogie (2010)? Dat is de hamvraag in mijn werkstuk. Het staat vast dat Bart Van Loo deel uitmaakt van de populaire cultuur. Niet alleen zien we hem op tv en horen we hem op de radio, maar ook via internet, het nieuwe medium bij uitstek, worden we op de hoogte gehouden van zijn doen en laten. Is het echter ook zo dat de populaire cultuur een belangrijke rol speelt in de boeken van Van Loo?

Het antwoord op die vraag is “ja”. De populaire cultuur komt aan bod in De Frankrijktrilogie en wel in twee vormen: consumptie en de nieuwe media. De soorten consumptie die voorkomen in het boek zijn toerisme, gastronomie en erotiek. Via die drie onderwerpen biedt de schrijver ons een smaakopleiding; zijn reisverhalen en anekdotes leren ons wat smaakvol is en wat niet. Daarnaast speelt ook literatuur een hoofdrol in het boek. Het gaat er immers om hoe eten en erotiek worden weergegeven in Franse romans en hoe Van Loo reizen onderneemt in het voetspoor van auteurs en personages van literaire werken.

De houding die de auteur aanneemt tegenover de nieuwe media is ambivalent. Hij vreest de beeldcultuur omdat ze een bedreiging vormt voor literaire genres als erotiek, maar beseft tezelfdertijd dat zaken als verfilmingen ook een positieve invloed hebben op literatuur. Naar zijn mening moeten de nieuwe media ingezet worden om een zo groot mogelijk publiek tot een traditionele manier van literatuurbeleving aan te sporen.

Die twee onderwerpen (consumptie en nieuwe media) behoren tot de voornaamste kenmerken van de laatpostmoderne roman, zowel volgens het argument van Collins (2010) als volgens het daarop voortbouwende sjabloon van De Bruyn en Verstraeten (2012). Naast een smaakhandleiding en het verband met de visuele cultuur, kenmerkt de laatpostmoderne roman zich vooral door de gerichtheid op een breed publiek. Dat De Frankrijktrilogie aan een groot publiek appelleert, merken we vooral aan de promotie ervan via allerhande media.

Binnen de laatpostmoderne romans maakt Collins een onderscheid tussen twee groepen; post lit en lit lit. Lit lit verheerlijkt literatuur en plaatst haar boven de populaire cultuur, terwijl post lit film en tv niet als minderwaardig beschouwt en bijgevolg meer aansluiting vindt bij die visuele cultuur. Bovendien wordt in lit lit de eenzame beleving van literatuur bezongen, terwijl in post lit net een sociale lezing aangemoedigd wordt. De Frankrijktrilogie sluit voornamelijk aan bij lit lit, maar vertoont ook een aantal kenmerken van post lit. Omwille van die tussenpositie is het een goed voorbeeld van wat we middlebrow noemen. Aan de hand van succesformules uit de populaire cultuur (reisgidsen en kookboeken) maakt Bart Van Loo de elitaire literatuur toegankelijk voor iedereen. Hij slaat als het ware een brug tussen hoge en lage literatuur.

De Frankrijktrilogie is dus duidelijk een vrucht van het laatpostmoderne tijdperk, maar laat zich verder niet zo gemakkelijk in een hokje plaatsen. Het boek combineert zoveel elementen dat het een genre op zich vormt. Het is een non-fictiewerk met kenmerken van een historisch essay, afgewisseld met recensies en persoonlijke anekdotes. Elke poging om het werk onder één term te labellen, zou tekortdoen aan de veelzijdigheid ervan. "

(Tekst: Paulien Henkens)

PS: Dezelfde studente had de smaak te pakken en schreef vervolgens ook nog een paper over Chanson. Een gezongen geschiedenis van Frankrijk. Die kunt u hier lezen.

Wie is Paulien Henkens? 

In 2008 maakte een rugblessure een einde aan haar turncarrière en legde ze zich volledig toe op haar studies. Aan de K.U.L. koos ze voor de talencombinatie Frans – Spaans. Het tweede jaar schakelde ze over van Frans naar Nederlands. Moedertaal bleek haar ding. Na een bachelordiploma taal- en letterkunde schreef ze zich in voor de master journalistiek aan Lessius in Antwerpen.



woensdag 28 november 2012

Chansoncollege 3 in DWDD: de jaren '70

En daar zat ik voor de derde keer, opgezweept door Matthijs die me als de Vergilius van het chanson door de hel van de jaren zeventig joeg. In het normale leven spreek ik normaal (denk ik), maar voor DWDD trek ik graag een sprintje. Volgende keer andere muziek, andere ademhaling, ander ritme. C'est ça ce qui est beau

  • Onder het fragment staat het bijzonderste: de integrale liedjes.
  • De hele reeks colleges uit DWDD vindt u hier.






1) Gezusters MccGarrigle, La Complainte de Sainte-Catherine (meer chanson uit Québec hier)
(verschoning trouwens voor de uitschuiver: Montréal is niet de hoofstad van Québec, dat is uiteraard het kleinere, maar sympathieke Québec)




2) Joe Dassin, L'été indien




3) Michel Fugain, Une belle histoire




4) Serge Lama, Je suis malade




5) Claude François, Alexandrie Alexandra

zondag 25 november 2012

Fijne chansons uit Québec (Franstalig Canada)

Maandagavond in DWWD (naast uiteraard chansons uit la douce France) ook een streepje muziek uit Québec. Schattenjagers kunnen hieronder hun zoektocht aanvatten en zullen merken dat Montréal mijn hart heeft veroverd.

Bonne écoute! Bon voyage!


1) Beau dommage, Harmonie du soir au Chateauguay





2) Robert Charlebois, Je reviendrai à Montréal




3) Kate and Anna McGarrigle, La complainte pour Sainte-Catherine




4) Fred Pellerin, Il faut que tu saches




5) Beau Dommage, La complainte d'un phoque en Alaska




6) Ariane Moffat, Montréal



7) Robert Charlebois, Les ailes d'un ange (Québec)




8) Beau Dommage, Montréal



donderdag 22 november 2012

Beau dommage

Dag Montréal. Dag Mont Royal. Dag Montandréal. Dag Québec. Dag lieve Améro-Français. Dag Nouvelle France. Dag poutine. Au revoir smoked meat. Auf wiedersehen Michel Tremblay. Dag Beau Dommage, muzikale ontdekking van de maand. Oui, ça résume tout très bien: c'est beau dommage de partir trop vite.

PS Dankuwel aan Passa Porta. Un grand merci à L'Uneq (à Denise, Elise-la-toute-nouvelle-arrivée, Francis, Richard et Stéphanie). 





zaterdag 17 november 2012

Het spel van de Franse spelling

Hier in de lift in Montréal gaat het spel van de Franse spelling duchtig zijn gang. Het valt niet bij te houden. Toch een poging. Twee pictuurtjes van een aankondiging van een pretentieloze juwelenverkoop. In alle vriendschap hoor, want zelden heb ik zo'n vrolijk en sympathiek liftvolk gekend. Om de kleine emoties door te spelen, serveer ik Les bijoux van Baudelaire, hier gezongen door Yves Montand. Ik geef toe: dat is een geheel ander register.  Maar alle redenen zijn goed om Baudelaire van stal te halen, zeker als Montand de stalmeester speelt. Het hoeft niet altijd La Castafiore zijn wanneer er juwelen in het spel zijn...

La très chère était nue, et, connaissant mon coeur,
Elle n'avait gardé que ses bijoux sonores (...)
Et son ventre et ses seins, ces grappes de ma vigne,
S'avançaient, plus câlins que les Anges du mal,
Pour troubler le repos où mon âme était mise.


Ochtend                                                                                                            Avond







Les Bijoux

La très chère était nue, et, connaissant mon coeur,
Elle n'avait gardé que ses bijoux sonores,
Dont le riche attirail lui donnait l'air vainqueur
Qu'ont dans leurs jours heureux les esclaves des Mores.

Quand il jette en dansant son bruit vif et moqueur,
Ce monde rayonnant de métal et de pierre
Me ravit en extase, et j'aime à la fureur
Les choses où le son se mêle à la lumière.

Elle était donc couchée et se laissait aimer,
Et du haut du divan elle souriait d'aise
À mon amour profond et doux comme la mer,
Qui vers elle montait comme vers sa falaise.

Les yeux fixés sur moi, comme un tigre dompté,
D'un air vague et rêveur elle essayait des poses,
Et la candeur unie à la lubricité
Donnait un charme neuf à ses métamorphoses;

Et son bras et sa jambe, et sa cuisse et ses reins,
Polis comme de l'huile, onduleux comme un cygne,
Passaient devant mes yeux clairvoyants et sereins;
Et son ventre et ses seins, ces grappes de ma vigne,

S'avançaient, plus câlins que les Anges du mal,
Pour troubler le repos où mon âme était mise,
Et pour la déranger du rocher de cristal
Où, calme et solitaire, elle s'était assise.

Je croyais voir unis par un nouveau dessin
Les hanches de l'Antiope au buste d'un imberbe,
Tant sa taille faisait ressortir son bassin.
Sur ce teint fauve et brun, le fard était superbe!

— Et la lampe s'étant résignée à mourir,
Comme le foyer seul illuminait la chambre
Chaque fois qu'il poussait un flamboyant soupir,
Il inondait de sang cette peau couleur d'ambre!

Charles Baudelaire


dinsdag 13 november 2012

Barbara-hommage in Gent: 15 ans déjà

Het is alweer bijna vijftien jaar geleden dat Barbara ons verliet op 24 november 1997. Pianopoëzie voor poëtische zielen. Hieronder een van mijn lievelingen (Le mal de vivre) en de aankondiging voor een Barbara-hommage in Gent. En uiteraard een hoes uit Chanson illustrée.


Barbara-hommage
Het verhaal van Monique Serf, een joods meisje, dat als Barbara in de voetsporen van Edith Piaf zal stappen. De voorstelling is geschreven en samengesteld door Patrick Haegens met de steun van Les Amis de Barbara. Muziek en zang : Catherine Delasalle, Thuriot, Thomas Noël. Tango : Jan Haegens & Anne Guffroy Guffroy.




WAAR ? In de Bouffonzaal theater Tinnenpot, Gent.

WANNEER ? 

- Op Vrijdag 16 november om 20 uur. Try-out

- Op Zaterdag 17 november 2012 om 19 u 19.

- Op Zondag 18 november 2012 om 15 u 15.

De toegangsprijs bedraagt 12 euro 50. (try-out: 10 euro)

RESERVEREN ?

Dit doe je door een mail te sturen naar drpatrickhaegens@hotmail.com en door het storten op het rekeningnummer : 448 6657861 73. Dit met de vermelding : Barbara en de datum van de voorstelling.

zaterdag 10 november 2012

Robert Margerit: uit de schaduw en de vergetelheid nu!

Robert Margerit
Vandaag een blogstuk voor lezers op zoek naar een nieuwe ontdekking... en voor uitgevers die hun nek durven uitsteken. Een vertaler, zo zal blijken, is ondertussen al gevonden. De schrijver in kwestie heet - haal uw kroontjespen boven en noteer zijn naam in gouden inkt: Robert Margerit.

In de herfst van 2009 schreef ik de laatste woorden van O vermiljoenen spleet! Seks, erotiek en literatuur. Ze gaan als volgt:

Lezen kan verstrekkende gevolgen hebben. De zon stuwde op 23 augustus 2006 de temperatuur naar een exotische hoogte. Ik stond zwetend voor een indrukwekkende boekenkast en trok trefzeker een roman uit het rek. In de zwoele buitenlucht verloor ik me in het sensueel meeslepende Mont-Dragon van Robert Margerit. Tijdens de lectuur schoten de eerste ideetjes voor de dan nog naamloze O vermiljoenen spleet! door mijn hoofd. De roman van deze onterecht vergeten auteur bleek de broeierige voorbode van een lawine van geschriften die mijn bibliotheek maar moeizaam de baas is gebleven.




Ja, ik ben fan van Margerit. Heb ik het hierboven nog over Mont-Dragon dan gaf ik tot nu toe vooral zijn roman La Terre aux Loups (1958) cadeau aan vrienden. Een spannende, bloederige historische roman waarin de auteur ons een lucide kijk gunt in de hoofden van zijn personages en een meeslepend beeld schetst van het postnapoleontische Frankrijk. Bovendien is deze roman geschreven in misschien wel het mooiste Franse van de 20ste eeuw. Nu eens sensueel en brutaal, dan weer subtiel en terughoudend. De absolute geheimtip voor wie de taal van Molière beheerst.


Maar wie kent die man nog? Sla er het Grote Internet maar eens op na: pertinente informatie te pakken krijgen, is als naar een speld in een hooiberg zoeken. Vertaler Kris Lauwerys trok het zich niet aan en schreef een boeiend stuk in de reeks "Miskende schrijvers" van het septembernummer van De Leeswolf, een blad dat in weerwil van alle heisa rond het alom gepredikte kwaliteitsgebrek van de literaire kritiek nummer na nummer doortimmerde artikels blijft serveren (kijk bijvoorbeeld ook eens hier). Hoofdredactrice Jen De Groeve vroeg ook aan Lauwerys om een fragment te vertalen. Geheel in overeenstemming met zijn reputatie deed hij dat uitmuntend.

Ik plaats hieronder het einde van zijn bijdrage, waarin hij uitweidt over Mont-Dragon, (1944) en een citaat uit zijn vertaling van een fragment uit die intrigerende roman. Nieuwsgierigen vinden het hele stuk hier.


Kris Lauwerys over Mont-Dragon
"De canon heeft het over Sartre en Camus, over de nouveau roman, niet over hun vormelijke antipode: de negentiende-eeuwse psychologische realist Robert Margerit. Margerit, een notoir veellezer, moet nochtans goed van de literaire ontwikkelingen op de hoogte zijn geweest. Maar onverstoorbaar ging hij zijn eigen weg. Net vanwege dat onverzettelijke vasthouden aan zijn programma krijgt hij iets aangenaam tijdloos. Neem Mont-Dragon, waarvan hierna een fragment wordt gepresenteerd.

We bevinden ons in het hartje van de Limousin, in 1942, onder de bezetting. Een zekere Georges Dormond arriveert in een afgelegen kasteel, waar hij de paarden moet gaan africhten. Met de vrouwen in het kasteel, de rijpe en aantrekkelijke weduwe Germaine de Boismenil en haar dochter Marthe, maar ook met de dienster Pierrette, speelt hij een pervers spel van verleiding. Alleen Marthe lijkt de kracht te bezitten om zich aan de brutale, indringende blik van die man te onttrekken. Dormonds passie voor vrouwen is kil, hen verleiden bevredigt zijn verlangen niet. Het enige wat hem interesseert, is hen compromitteren, hen steeds verder duwen, over de grenzen van de gangbare moraal heen. Daarin lijkt hij bijzon- der veel op de berekenende Valmont uit Les liaisons dangereuses (Choderlos de Laclos, 1782). Mont-Dragon is echter geen doorslagje van die wereldberoemde libertijnse roman: hij speelt wel degelijk in onze tijd, de hel van de oorlog spreekt door de mond van Dormond. ‘De waanzin van die man was wel degelijk het kind van een wereld die is veranderd in een slagveld, vol vrouwen en kinde- ren, gefolterd, gemarteld, levend verbrand, of uiteengereten door bominslagen in de puin- hopen van rokende steden.’ Dormond ziet zichzelf als een Faust, die altijd onbevredigd blijft en weet dat hij ten dode is opgeschreven. Hoe Margerit die dood in scène zet, is een meesterstuk waar heel wat schrijvers van politieromans een puntje aan kunnen zuigen.
Een erotische roman met een perfide, getormenteerde hoofdrolspeler, een thrillerachtige plot, psychologisch raffinement: je zou zeggen dat Mont-Dragon (en ook La Terre aux Loups) alles heeft om als warme broodjes te verkopen. Toch is het boek tussen de plooien van de literatuurgeschiedenis gevallen. Het zou niet het eerste meesterwerk zijn dat dat lot beschoren is. Talloos zijn de auteurs die niet in de gunst van hun tijd stonden. Enkele daarvan kregen een jaar of vijftig na hun dood eerherstel, denk aan de onlangs vertaalde Miklos Banffy, denk aan Sandor Marai. Ik ben ervan overtuigd dat het moment gekomen is om Margerit op te vissen. Zijn toentertijd oneigentijdse werk zou nu weleens gewoon tijdloos kunnen blijken."

Fragment uit Mont-Dragon (vertaald door Kris Lauwerys)
Situering: De jonge Marthe is de enige in huis die de indringende blikken en insinuaties van stalmeester Georges Dormond weerstaat. Die besluit haar sensualiteit te wekken door het libertijnse Eenmaal, immermeer van Vivant Denon op Marthes boekenplankje in de huisbibliotheek te plaatsen. Haar nieuwsgierigheid is geprikkeld, op een nacht leest ze het. Dormond wil nog verder gaan en zet een werkje van de pornografische achttiende-eeuwer Nerciat klaar. Al dagen zucht de vallei onder de zomerse hitte.

"Haar nieuwsgierigheid, die sensualiteit die Dormond had weten te ontwaren in Marthes gulzige trekjes, sleurden haar mee, ontrukten haar aan zichzelf. Ze werd erdoor gedwongen alles te lezen, alles te zien. En toen ze door de tekst en door bepaalde gravures in de autonomie van het genot was ingewijd, moest ze een harde strijd leveren om niet die daad van Erosine te imiteren, waarvan een prent haar de houding liet zien en de tekst haar het mechanisme en de roes beschreef.
R.M. door Edmond Jacquement
Dagenlang vocht Marthe tegen haar nieuwsgierigheid, tegen haar zinnen, die onmerkbaar werden meegesleurd door de sensualiteit van het waanzinnige en dronken woud, maar uiteindelijk bezweek ze.
Voor haar trots was het een verschrikkelijke nacht. Door haar raam drong de hele zinderende dierlijkheid van de duisternis binnen, waarin een opalen maan flauw door de wolken schemerde. Marthe, die niet in staat was om de al even duistere krachten die haar verpletterden te bedwingen, voelde zich in een universele onderworpenheid aan het instinct gecompromitteerd door haar zwakte en haar genot. Een slaaf, gevangen in een lichaam dat instemde met dezelfde slavernij die de reeën in de bossen deed burlen en de merries in de stal deed hinniken: dat was ze nu!... Opgevoed in een Voltairiaanse familie waarin om politieke redenen lippendienst werd bewezen aan de godsdienst zonder erin te geloven, kende ze de verschrikking niet een zonde te hebben begaan. Wat haar met schaamte vervulde was het zwichten van haar wil, haar onderwerping aan de zinnen."


Meer Margerit vindt u hier.

donderdag 8 november 2012

Baudelaire, Flaubert, Van Loo of Guust Flater?

Gustave Flaubert
Verslag van een sms-correspondentie tussen Canada en België:

- Bart, je bent een beroemdheid.
- Ah ja?
- Ja, je naam was het antwoord op een vraag in De Slimste Mens. 
- En wist iemand het antwoord?
- Euh, Neen.
-  (-:  (-:

Het strafste moet nog komen. 

- Wat hebben ze dan wel geantwoord? 
- Charles Baudelaire en ook nog Gustave Flaubert.

Geef toe, voortaan kan het alleen maar bergaf met me gaan, al vroeg ik me ook af of dit geen Broodje-Aap-verhaal was.

Maar neen, want toen stuurde iemand me dit filmpje door en kon ik het hier in Montréal ook bekijken. En bleek dat ik ooit nog les had gegeven aan Sofie Lemaire. Dat moet dan geweest zijn bij de de gastcolleges die ik in een vorig leven gaf op het conservatorium, alweer zo'n tien jaar geleden. Dat betekent dat ze bij mij ooit op de sofa moet hebben gezeten, want daar gaf ik toen mijn colleges. Bibliotheek binnen handbereik. Perfect om boeken aan te sleuren die mijn betoog konden illustreren. En ja, daar zaten boeken van Baudelaire en Flaubert bij. Volgens mij hebben we toen met de studenten van Woord zelfs nog Madame Bovary gelezen.







zondag 4 november 2012

Hoes van de week: Joe Dassin



Deze indrukwekkende kitsch-hoes mocht niet onbreken in Chanson illustrée. Omdat ik er hier in Montréal nog heel even van heb kunnen profiteren, volgt hieronder nog het onvermijdelijke en onverslijtbare L'été indien, live gezongen in de Olympia.

C´était l'automne, un automne où il faisait beau
Une saison qui n´existe que dans le Nord de l´Amérique
Là-bas on l´appelle l´été indien




donderdag 1 november 2012

Montandréal

"Les feuilles mortes se ramassent à la pelle". De dode bladeren liggen voor het oprapen. Bij hopen. In alle kleuren. Een beeldschoon spektakel. Gratis en voor niks. Hier in Montréal, de gastvrije metropool die ik vandaag graag omdoop tot Montandréal. Wat ons bijna brengt bij "mon tendre idéal". Nog een mooi lied en we zijn klaar.






Foto's genomen in het Parc La Fontaine, 
Montréal, Canada.





Daarbij hoort uiteraard Les feuilles mortes. Yves Montand bien sûr. Maar ook twee van de duizend andere versies. Vandaag: Frank Sinatra en de veel te jong gestorven Eva Cassidy. Uiteraard ook een buiging voor Joseph Kosma (muziek) en Jacques Prévert (oorspronkelijke Franse tekst).






Yves Montand, Les feuilles mortes



Frank Sinatra, Autumn leaves (hier gebracht met een glimlach)


Eva Cassidy, Autumn leaves

zondag 28 oktober 2012

Klein eerbetoon aan Perec

De sympathieke Franse filmmaker Didier Philippe maakte met La dissimulation een klein, maar mooi eerbetoon aan La Disparition van Georges Perec, u weet wel de beroemde roman zonder de klinker e.




Permalink voor ingesloten afbeelding

vrijdag 26 oktober 2012

Montréal

Twintig hoog in Montréal. Zicht uit mijn raam. Even aankomen en ademen. Dan aanloop nemen. 
Niet om te springen. Wel om te schrijven.

Van links naar rechts geeft dat volgend panorama op de op Parijs na grootste francofone stad ter wereld. 
Helemaal rechts zie je de Mont Royal. Met dank aan Passa Porta alias Het Beschrijf voor de schrijfvakantie.





woensdag 24 oktober 2012

Chansoncollege 2 in DWDD: grote klassiekers

En daar zat ik plots voor de tweede keer met Matthijs Van Nieuwkerk en Jan Mulder aan tafel. Kwamen ook aanschuiven: Reggiani, Trenet, Piaf en Montand. Met dergelijke disgenoten weet je dat het niet fout kan gaan. Alle verhalen staan uiteraard in Chanson illustrée. En de liedjes op Chanson I en Chanson II.

De aflevering werd bekeken door 1,4 miljoen kijkers, top 5 aller tijden voor DWDD. Han Lips sprak in Het Parool van een "topaflevering" ("hoofdoorzaak: Vlaamse schrijver en chansonliefhebber BVL"). Zie kaderstukje rechts. Fijn, maar ik schuif alle lof graag door naar Montand en co.


Klik hier voor college 1.






Het draait uiteraard om de liedjes. Hieronder krijgt u ze in volle glorie gepresenteerd.



Serge Reggiani, Sarah




Serge Reggiani, Les loups sont entrés dans Paris



Charles Trenet, La mer



Edith Piaf, La vie en rose



Yves Montand, Les feuilles mortes






zondag 21 oktober 2012

Hoes van de week: Serge Gainsbourg

Zoals aangekondigd serveer ik nu en dan een hoes uit Chanson illustrée. Deze keer de tweede lp van Gainsbourg uit 1959. Zonder twijfel een culthoes. De plaat zelf bevat eigenlijk alleen maar onbekende nummers. Twee ervan vind je hieronder, met filmpjes uit de oertijd van de clipcultuur.


Meer hoezen vind je in Chanson illustrée.

Adieu Créature


La nuit d'octobre (gedicht van Alfred de Musset)

donderdag 18 oktober 2012

De literaire reizen van Gert Van Lerberghe


Gert Van Lerberghe is een jongeman die nog uit het romantische hout is gesneden. Hij houdt een blog bij, staat soms met Vitalski en Ernst Löw op de scène en leest Maupassant en Chateaubriand. Bovendien reist hij ondertussen al enige jaren mijn literaire omzwervingen uit Parijs retour na. Hij maakt er telkens een uitgebreid verslag van. 

Ik weet niet of er zoiets als "de ideale lezer" bestaat, maar een jongeman die Parijs retour leest, vervolgens een koffer Franse klassiekers koopt en uiteindelijk de helft van zijn vakanties spendeert aan het nareizen van ondergetekende: ja, je zou kunnen zeggen dat zoiets aardig in de buurt komt.

De tienduizenden kilometers en duizenden bladzijden die ik destijds voor Parijs retour heb omgeploegd zijn voor mij van groot belang geweest, en dankzij Van Lerberghe beleef ik het nog eens terug. Een combinatie van melancholie en plezier.

Eerst een fragmentje en dan wegwijzers naar al zijn verslagen. 


Gert Van Lerberghe:
"Na een treintocht langs beboste rotsen, kliffen en kastelen, en de serene Seine, houdt de trein halt in Rouen. Hier zal ik een heel ander Normandië leren kennen op mijn D-Day reis in de buurt van Caen, ondertussen alweer acht jaar geleden. Mijn eerste kennismaking met het échte Frankrijk, met als hoogtepunt een daguitstapje naar het wereldwonder Mont Saint-Michel. In dat jaar trok Bart Van Loo ook rond in onder meer Normandië, van Croisset naar Ry naar Trouville. Aangezien ik niet veel tijd heb, beperk ik me tot Rouen, een stad die al lang op mijn Franse verlanglijstje staat. Veel tijd heb ik ook niet nodig. Aan Bart Van Loo's literaire tochten ging zoveel voorbereidings- en leeswerk vooraf. Ik daarentegen volg, naast al die dode schrijvers, ook Bart zelf doorheen Frankrijk, herkauw het voorgekauwde, bewandel platgetreden paden; ik vertrek naar Parijs, volg de uitgestippelde routes, stop af en toe om in Les Misérables, of Le Père Goriot, of Boule de Suif, of Lettres de mon moulin te lezen, en zet alles nadien rustig op m'n blog."


Hieronder vindt u netjes gerangschikt alle fraaie reisverslagen van Gert Van Lerberghe. De moeite om eens langs te gaan, en wie weet zit u straks ook Maupassant te lezen in Nice, Flaubert in Rouen of Balzac in Parijs.

maandag 15 oktober 2012

Masterclass France Gall (Radio 1)


Vorige week in Sonar, onder de fijne hoede van Ronald Verhaegen. 

Een half uurtje college over France Gall. Dat verdiende ze wel voor haar 65ste verjaardag.

Beluister het hier.


De hoezen komen uit Chanson illustrée.

vrijdag 12 oktober 2012

Win "Chanson illustrée". Gewoon even antwoorden...

 
Wie staat er samen met Edith Piaf op deze prachthoes? 

Klik HIER voor een leesbare versie van de nieuwsbrief (links) en voor het insturen van je antwoord. Met dank aan De Bezige Bij Antwerpen voor het initiatief.


P.S.: Interesse? Schrijf u in voor de volgende aflevering van de nieuwsbrief.

Sugar for my honey

Frank - Biche ô ma biche - Alamo is niet meer. Nu eet hij 'sweets' met gouden lepels. Alamo was een van de figuren uit de Franse yéyé-beweging, zo genoemd omdat er in de op Amerikaanse leest geschoeide Frans poprock begin jaren zestig veel yeah-yeah werd gescandeerd. Over de doden niets dan goed, maar Alamo was une figure mineure en sprak/spreekt een pak minder tot de verbeelding als yéyé-iconen Françoise Hardy, Claude François of France Gall.


woensdag 10 oktober 2012

Chansoncollege 1 in DWDD: lolly's en zakdoeken

De Wereld draait door, maar hier wil ik toch even bij stilstaan. Aznavour, Gainsbourg en uw dienaar in DWDD. Dank, ô Nederland, voor de talrijke hartverwarmende tweets en berichtjes. Klik hier voor een klein Twitter-overzichtje. Hieronder meer over Chanson illustrée dat vanaf vrijdag 12 oktober in de winkel ligt.



maandag 8 oktober 2012

"Chanson illustrée" ligt in de winkel

Volledige herziene versie van het boek, nieuwe lay-out maar vooral: geïllustreerd met de markantste platenhoezen die ik  tijdens mijn zoektocht heb ontdekt. Lees hieronder de nieuwe inleiding die ik schreef voor het boek, en geniet van de prachtige Piaf-hoes. Meer informatie vindt u hier.

DE EERSTE NOTEN

Herinnert u het zich nog? De neus in de wind, de borst vooruit, de glimlach op de lippen. Zo gingen we op stap. Naar de platenboer. De deur die rinkelde. De typische geur van vinyl. Bakken vol. En snuisteren maar. De zwarte groeven van het verleden. De patina van zoet gekraak.

Anno 2012 lijken de romantiek van het snuffelen en de verlokking van grote hoezen definitief naar de marge verdreven. Cd’s vormden een korte overgangsperiode. Vinyl in het klein. De miniatuur van oud plezier. Geen groeven meer, maar een spiegelvlak schijfje. Vandaag kopen we onze muziek online en kunnen we niet meer zien wie de tekst van het liedje schreef of wie er voor de muziek tekende. De machtige hoezen van weleer zijn kleine icoontjes op onze schermen geworden. En wisten we vroeger nog welk nummer het derde van de B-kant was, dan draait onze computer nu alles met de knop ‘shuffle’ door elkaar.

Tijdens het schrijven van Chanson. Een gezongen geschiedenis van Frankrijk ben ik opnieuw in platen- bakken beginnen te grasduinen. Klassieke platen van Aznavour, Brassens en Brel gleden door mijn handen. Ook de glitterfoto’s van Dalida en Claude François, de onwezenlijke kitschhoezen van Joe Dassin en de onschuldige poses van France Gall en Françoise Hardy trokken mijn gewillige aan- dacht. Ik zal de dag niet licht vergeten toen ik een lp vond van Edith Piaf waarop op de achtergrond een piepjonge en fris geschoren Georges Moustaki poseert, de jongeman die destijds in haar bed lag en de tekst van Milord schreef (zie hieronder). Of de kleine kreet van triomf bij het aanschouwen van Boris Vians originele Chansons possibles et impossibles, in feite de enige plaat die hij tijdens zijn leven heeft opgenomen, een cultobject. En dan zwijg ik nog over de queeste naar oude singles en ep’s van Charles Trenet, Les Frères Jacques, Mistinguett of Maurice Chevalier.

Toen uitgever Harold Polis vroeg of ik geen zin had om een geïllustreerde versie van het boek te maken, hoefde ik niet lang na te denken. Ik zette mijn zoektocht met bekwame spoed verder en struinde over rommelmarkten en door tweede- handsplatenzaken in Antwerpen, Brussel, Rijsel, Parijs en Nevers. Ere wie ere toekomt: mijn groei- ende verzameling was zeker niet uitgebreid genoeg om de taak behoorlijk af te werken. Dus dook ik ook in de collecties van Patrice Croës, Dries Delrue, Christophe Ménier (merci, Stépha- nie Dudek), Erik Segers, Rolly Smeets en Coraline Soulier. Ik ben hun bijzonder dankbaar voor hun genereuze bijdrage aan dit geïllustreerde boek, dat een ode wil zijn aan de dubbele nostalgie van chanson en vinyl.

Bart Van Loo
Antwerpen, zomer 2012


vrijdag 5 oktober 2012

Pour nos amis francophones: une histoire chantée de France

Le bestseller 'Chanson. Een gezongen geschiedenis van Frankrijk' (Chanson, une histoire chantée de France) de Bart Van Loo est paru en 2011, accompagné d'un double CD et d'une série d'émissions (nominée pour le Prix Europa) sur radio Klara. De la Belle Epoque chantée par Charles Aznavour et Jacques Brel à la Marseillaise de Serge Gainsbourg en passant par les bals disco avec Claude François: un hit-parade de l'histoire de France, une histoire chantée de France.


Entre-temps il y a aussi une version illustrée (voir deuxième image à droite).

Pour tout complément d'information, adressez-vous à Bieke Van Duppen.

zondag 30 september 2012

Hoes van de week: Georges Brassens

Voortaan serveer ik u wekelijks een hoes om te koesteren, een vinylplaatje om te kussen. Uit de oude doos. Die doos staat klaar en heet Chanson illustrée, de geïllustreerde versie van mijn boek Chanson. Een gezongen geschiedenis van Frankrijk. De 'illustrée', met daarin een volledig herziene tekst en de markantste hoezen die ik tijdens mijn zoektocht tegenkwam, verschijnt eind deze week. Nu alvast een met plooien, scheurtjes en craquelé alom getooide Brassens, zijn vijfde album, uit september 1957, met daarop het door mij geliefde Au bois de mon coeur.




Meer hoezen vind je in Chanson illustrée.

Hieronder Au bois de mon coeur uit de openingscène van de film La porte des Lilas (1956, René Clair), de eerste minuten zijn een sterk staaltje cinematografie. De enige film trouwens waarin Brassens acteert. Het lied is er eentje om te omhelzen, zo teder, zo waar. Een minstens zo geslaagde hommage aan de vriendschap als het wereldberoemde Les copains d'abord.




donderdag 27 september 2012

Henry Bauchau werd net geen 100

Belgische schrijver Heny Bauchau werd net geen honderd. Hij overleed op 21 september. Doodgaan is media-aandacht. Zo gaat dat. Maar zijn boeken verdienen meer dan dat. Lees Het blauwe kind of Maalstroom. Uitgegeven door De Bezige Antwerpen en voortreffelijk vertaald door Kris Lauwerys. Hieronder herhaal ik voor de gelegenheid een blogbericht van drie jaar geleden n.a.v. Maalstroom.


Maalstroom is een intelligent en ontroerend boek. Een grote roman over empathie, over datgene wat liefde en haat overstijgt, en ons in staat stelt om onszelf beter te begrijpen. Zonder meer een absolute aanrader.
  • Soms duurt het lang voordat grote schrijvers erin slagen het grote publiek te beroeren. Henry Bauchau was 96 toen Maalstroom vorig jaar meer dan honderdduizend Franse lezers wist te bekoren. Sandor Márai, die andere grote Europese schrijver, heeft zijn grote succes dan weer net niet mogen meemaken. Zoals Márai in zijn oeuvre op een heldere en intelligente manier over de liefde schrijft, zo reflecteert Bauchau in Maalstroom over de dood.
  • In die roman komen twee periodes uit het leven van een oude man samen. In 1980 lijdt zijn schoondochter aan kanker en komen herinneringen aan Stéphane naar boven, zijn goede vriend die omkwam tijdens de Tweede Wereldoorlog. Aanvankelijk loopt het samensmeden van die twee periodes stroef, maar gaandeweg raak je in de ban van een boek dat boven de tijd verheven lijkt.
  • Samen met Stéphane ging de man klimmen in de Ardennen. Zijn vriend hielp hem met gracieuse lichtheid over de moeilijkste punten heen. Stéphane wordt vermoord door een SS-officier, een zekere Shadow. Na de oorlog ontmoet de man de moordenaar van zijn vriend, en groeit Shadow voor hem uit tot de incarnatie van het kwade. Terwijl zijn schoondochter sterft wordt die tweespalt pas echt duidelijk. In navolging van Stéphane geeft hij zich over aan “de logica van de hoop”, maar als hij het ziekenhuis uitloopt, voelt hij hoe de schaduw van Shadow op hem drukt.
  • De weg naar het ziekenhuis, en daarna terug naar huis loopt over de Parijse Boulevard Phériphérique. De oude man prevelt telkens “de namen van de poorten als de gebeden van een rozenkrans”. De Boulevard Périphérique uit de roman is een metafoor voor het moeizame leven, de plek waar we vastlopen in de maalstroom van onze zorgen en gedachten die ervoor zorgen dat we de kern van het leven nooit bereiken.
  • De 96-jarige Bauchau verleent zijn stem aan een man die stukje bij beetje beseft dat de dood juist de kern van het leven is. Met Maalstroom schreef hij een intelligent en ontroerend boek over God en de duivel, over het goede en het kwade. Bauchau velt geen oordeel. Maalstroom is integendeel een grote roman over empathie, over datgene wat liefde en haat overstijgt, en ons in staat stelt om onszelf beter te begrijpen.
  • Hier kunt een interview beluisteren met vertaler Kris Lauwerys (Babel op Klara).
  • De vertaler schreef een boeiend portret van de 96-jarige Bauchau die hij ontmoette in zijn huis nabij Parijs (Knack). U kunt de drie bladzijden hier, daar en tenslotte hier nalezen.
  • Gedetailleerde informatie over oeuvre en leven van Bauchau vindt u op de site van het Fonds Henry Bauchau van de UCL.
Henry Bauchau, Maalstroom, Meulenhoff-Manteau, 22,5 EUR, 289 blz, vertaald door Kris Lauwerys. Dit stuk verscheen eerder in Knack.